Saturday, March 26, 2016

Frank de Groot

Van grote hoogte kijk ik neer
op zwart met zilvergrijze plukken.
Ingevallen wangen, scheve tanden,
klein geslacht. Één paar ogen met
twee persoonlijkheden

Hij spat uit elkaar van een niet te
stoppen verlangen.
Geen weg terug. Hij is niet meer
te redden.

Van de kronkel in zijn hoofd wist
ik het bestaan. Van de ongeneeslijke
ziekte was ik te laat op de hoogte.
Eeuwige liefde werd eindig en wreed.

Paniek, radeloos, opgelucht en nu
rennend de uren door. Stampend op
de grond in een poging de aarde te
voelen.

Dagelijkse lijken rollen er uit de kast
en ik stap er overheen tot de stapel
te hoog wordt en ik ze 1 voor 1 begraaf.
Probeer te begraven.

Ik weet niet wat ik met je moet. Laat me
koud en maakt me witheet.
Wil de kruk onder je strop vandaan schoppen
en mijn schouders ophalen.

No comments: